Doneer
header_am

Vijf redenen waarom ik geen boeddhist ben

Ook Annemarie buigt zich in het kader van Lang Leve het Boeddhisme graag over de vraag: ben ik boeddhist? “Eigenlijk vind ik dat kussen waarop ik zit ook al een beetje aanstellerig.”

Hoe lang kun je nog met goed fatsoen volhouden dat je geen boeddhist bent? Dat heb ik me de afgelopen jaren verscheidene keren afgevraagd.

Elke keer dat ik op een bepaalde tijd m’n kantoor uit ging omdat ik ergens in een zaaltje met mensen ging stilzitten. Elke keer dat ik een hele week vrijnam om ergens te gaan stilzitten. En zeker die keer dat ik een maand van mijn sabbatical opofferde om ergens aan de andere kant van de wereld te gaan stilzitten. Of die keren dat ik mensen op feestjes desgevraagd vertelde over wat mij nou goed doet: stilzitten.

Het wordt wel een beetje een ding zo. Zeker als je er ook nog columns over gaat schrijven.

Maar ben ik boeddhist? Wanneer mensen me deze vraag stellen, los ik het vaak halfzacht op door het te formuleren als: ik ben ‘boeddhistisch beoefenaar’. Maar hoe lullig is dat dan weer? Stel je hebt een buurvrouw die je heel vaak een rondje ziet fietsen op ‘r snelle fiets, die een maand vrij neemt om op fucking hoogtestage te gaan ofzo, die met lol blogt over de valkuilen van de sport.

“Nee ik ben GEEN wielrenner! Ik ben iemand die wielrent!”

Absurd. Toch?

Maar ik kan het niet helpen, ik heb er een bloedhekel aan: ‘boeddhist’. Hier een paar redenen waarom. En eentje waarom het niet uitmaakt dat ik mezelf geen boeddhist wil noemen.

#1: Ik wil graag serieus genomen worden

“Oh, drink je wel bier? Maar je bent boeddhist!”
“Oh je drinkt geen bier? Zeker omdat je boeddhist bent.”

Ehm. Nee. Ik neem mijn beslissingen zelf.

Mogen we je heel even afleiden?

Boeddhisme hoort niet achter een betaalmuur, vinden wij. Maar we hebben wel steun nodig van onze donateurs om onze artikelen te maken. Wil jij hieraan bijdragen? Overweeg dan om donateur te worden of eenmalig te doneren.

Ja, ik wil doneren!
Ik ben al donateur/lees liever verder

En dat is precies hetgeen wat mensen ineens zouden ophouden te begrijpen, wanneer ik mezelf boeddhist zou noemen. Dat vrees ik tenminste. Stel dat ik me kan vinden in de dharma, komt dat omdat dat overeenkomt met mijn eigen normen en waarden. Niet andersom. Ik ben niet ineens iets gaan vinden wat ik eigenlijk niet vind, of iets gaan doen waar ik eigenlijk zelf geen intrinsieke reden voor voel, simpelweg omdat het zou horen bij m’n nieuwe identiteit.

Eigenlijk vind ik dat kussen waarop ik zit ook al een beetje aanstellerig. Ik heb mezelf nu eenmaal aangeleerd om daarop te zitten, toen ik onder invloed van Serieuze Boekjes nog dacht dat dat enorm uitmaakte. Maar een beetje onzin is het wel. Alsof je niet kunt zitten op een stoel. Stel dat in de suttas iets staat van: het is goed om altijd sandalen te dragen. Misschien dat dit 2500 jaar geleden wel ergens op sloeg, maar dan voel ik me niet noodzakelijk geroepen om dat nu ineens hardcore te gaan doen in Nederland, in 2015, omdat ik wel eens mediteer. Relatie = 0. Kortom: geen label, geen hokje. Hopelijk dan.

#2: Ik heb niks met 90 procent van de boeddhisten wereldwijd

Sereen gebeuren toch, al die oranje gewaden in zonnige contreien, prachtige landen waar het boeddhisme de hoofdstroming is? Als dat de bulk van mijn medeboeddhisten zijn, voel ik me daar dan een beetje bij thuis? Helaas. Als ik me ergens geen boeddhist voel, is het wel in boeddhistische landen.

Zitten is zitten, en als je een roadmap wil voor het serieuze zitten, dan is de dharma prima spul

Tweet
Waar sommige beoefenaars misschien een belangrijke invloed van vreedzaam gedachtegoed in de maatschappij zien, of een goed cultureel supportsysteem om mensen in staat te stellen aan serieuze beoefening te doen – dingen die inderdaad het geval zijn – overheerst voor mij desondanks een totaal ongemak.

Want ik zie bordjes dat monniken voorrang hebben op vliegvelden en dat de beste zitplaats voor hen is gereserveerd in de bus. Ik zie billboards met dat je geen boeddhistische tatoeages mag hebben. Ik zie dat je veel niet mag, en als vrouw +1, vanwege de macht van een groep oude mannen in de maatschappij. En ik zie dat boeddhistische tempels soms pijnlijk rijke, versierde, overdadige plekken zijn, te midden van gewone mensen in armoedige omstandigheden, van wiens weinige geld die gouden puist in het midden in stand wordt gehouden. En ik zie dat je dit alles niet ter discussie mag stellen want deze mensen zijn bij wet gevrijwaard van ‘belediging’. Allemaal dingen waarvan ik het onbegrijpelijk vind als beoefenaars hier er de ogen voor sluiten.

Kortom, ik zie een kerk. Een slecht van de staat gescheiden kerk die dat wel best vindt. En als ik ergens niet bij wil horen, dan is het bij een kerk. Dus.

#3: Ik ben gehecht aan mijn atheïsme

“Wij doen heel veel goede daden! We zeggen zo veel mantra’s. En we geven les, zodat kinderen ook mantra’s leren zingen”, zei de non in het klooster in Nepal. Deze vorm van liefdadigheid voelt voor mij een beetje als Christelijk geïnspireerd ontwikkelingswerk dat eigenlijk gewoon de missionaris uithangen is: Geluk ™ van de échte dealer. Ze vingen ook dieren op, trouwens. In hun wei stond uiteraard een kleine stupa. Maar excuseer mij als ik niet geloof in het wereldverbeterend effect van geiten en ezels die kloksgewijs om een stupa heenlopen. Of mensen, for that matter.

In boeddhistische landen zie ik een schokkend hoog gehalte aan magisch denken, ritueel en geloof, versus, nouja, beoefening. En van beoefening kun je testen of het werkt. Van alle andere soorten niet. Daar moet je iemand op geloven. En plots zit je in het kerkelijk gebeuren van #2. In het verlengde dus van #2: ik ben een atheïst. En dat vind ik belangrijk.

#4: I sit down but don’t shut up

Hoeveel van de boeddhisten wereldwijd beoefenen nou daadwerkelijk meditatie? En hoeveel van hen vinden reïncarnatie volledig irrelevant? Ik zit veel op een kussen en bitch veel op de dharma. Niet geheel onverwacht heb ik daarom meer dan regelmatig het gevoel dat wat ik doe en vind zo weinig lijkt op wat de meeste mensen verstaan onder boeddhisme, waardoor dat label een beetje onzin wordt. Ongeveer zoals Catwoman een White Russian bestelt: “Real easy on the vodka, and hold the Kaluah.” “So, you mean a glass of milk?”

#5: Als symbolische daad

Even wijzen op de olifant in de kamer hoor: uit naam van Het Boeddhisme vinden vreselijke uitwassen plaats. In Myanmar resulteert fundamentalistisch boeddhistisch denken in geweld, moord en xenofobie. In Nederland en de VS resulteert macht en hiërarchie in seksueel misbruik en oplichting. Dat wordt vervolgens vanuit een toxische vorm van compassie goedgepraat op een manier die de Katholieke Kerk waardig is. Dingen waar ik me keihard van wil distantiëren. Als dit is wat het boeddhisme betekent, dan ben ik geen boeddhist. Aan mij in je community ga je geen legitimiteit kunnen ontlenen. Niet uit mijn naam.

#6: Waarom het niet uitmaakt

Zitten is zitten, en als je een beetje fatsoenlijke roadmap wil voor het serieuze zitten, dan is de dharma prima spul. Erg veel moeilijker hoef je het niet te maken. Het is sport voor je hersenen. Soms topsport. Maar je buurvrouw met de racefiets noemt zich ook geen VanMoorseliet, terwijl ze naar haar werk een Leontien™ fietspak draagt en op zaterdag leest over hoe je het best je fiets poetst voor een betere wereld. Die kart gewoon door de polder met ‘r vrienden en is verder een gezond, tof mens. Sit on, people.

 

Bekijk nu online: Lang Leve het Boeddhisme, over 15 jaar Boeddhistische Omroep.